Overslaan en naar de inhoud gaan
Blog

Dit helpt!

Empathie
Luisteren
Spreken

Onder het genot van een goede kop koffie je hart luchten bij een vriend.

Veel professionals willen anderen helpen in hun ontwikkeling. Ondanks hun deskundigheid blijkt dat lastig. Wat bepaalt het effect van gesprekken? Hoe maak je echt contact? Hoe gebruik je de relatie die je met de ander hebt als plek om te werken? Wat betekent dat voor hoe je luistert en wat je zegt? Een bijzondere vriend geeft ongebruikelijk praktische antwoorden op deze vragen. Dat helpt.

Adviseren helpt niet

‘Nee, hè! Dit is het laatste waar ik op zit te wachten. Help me Ar!’ (Arrianne is mijn vrouw.) ‘Dit trek ik niet. Niet nu!’

Op het grind van onze oprit parkeert vriend Peter zijn grijze Opel. Doodgemoedereerd stapt hij uit en sjokt mijn kant op. ‘Heeft hij dan helemaal geen inlevingsvermogen? In een gezin met vier jonge kinderen is vroeg in de avond toch geen goed moment om te buurten!’

Ar: ‘Harry, je gedraagt je! Je weet hoe Peter is. Die heeft geen normaal leven achter de rug. Raap jezelf maar bij elkaar en ontvang een vriend, ook al zit je er niet op te wachten.’

Da’s makkelijk gezegd, maar waar vind ik ruimte om goedbedoeld advies te ontvangen dat toch niet helpt.

Luisteren helpt een beetje

Peter komt de keuken binnen. Kijkt me monsterend aan. Hij maakt een inschatting van hoe ik erbij sta. Dat doet hij zorgvuldig. Daar heeft hij antennes voor ontwikkeld. Zijn leven – dat zich een groot deel van zijn vijftig jaar op straat heeft afgespeeld – heeft hem veel geleerd. Opnieuw valt me op hoe zijn kop op die van wijlen Herman Brood lijkt. Hij pakt me stevig beet en terwijl hij me diep in de ogen kijkt, zegt hij: ‘Ik weet dat je niet op mij zit te wachten. Maar dat kan me niet schelen. Ik kom toch. Dat deed jij ook toen het met mij niet goed ging. Heb je koffie? Ik kom naar je luisteren!’

Hij wacht niet op antwoord – maar verwacht gewoon koffie. Boomt de kamer in. Groet de daar aanwezigen en gaat er lekker bij zitten: ‘Alles goed hier?’

Wat denk je nu zelf!

Met een kop dampende koffie ben ik op weg naar wat onvermijdelijk lijkt: de hulp van een vriend. Daar ga ik echt niet beter van slapen. Peter neemt een slok, kijkt me aan met een combinatie van ondeugd en bezorgdheid – hij is niet helemaal zeker van zichzelf – en zegt: ‘Zo, ik hoor dat het niet goed met je gaat, vertel!’

Op de één of andere manier voel ik me uitgenodigd om precies dát te doen. Dus ik vertel hem hoe een ‘complexe en moeilijk behandelbare in- en doorslaapstoornis’ – zo noemt de neuroloog het – mijn laatste restje energie uit me trekt. Dat ik het, na alles wat er het afgelopen jaar geweest is, even helemaal niet meer weet. Dat ik wanhopig ben.

Contact helpt een boel

Peter kijkt me aan en zegt: ‘Kom eens hier, kerel. Kom eens lekker uithuilen!’ Ik leg mijn hoofd op zijn schoot en huil vanuit het diepste diep. En hij huilt mee. Dus huilen we samen. Als ik uitgehuild raak, kijkt hij me boos aan en gebiedt me door te huilen: ‘Je bent nog niet klaar, Harry!’ Zo is het niet. Ik ben wel klaar, maar hij nog niet. Voor hem is het heerlijk ook weer eens te huilen. En mijn verdriet helpt hem daarbij.

‘En nu ga je zitten, kerel!’, zegt Peter terwijl hij me de stoel in wijst. Hij heeft in zijn leven de wereld aan hulpverleners versleten en het lijkt erop dat vooral het directieve deel daarvan hem geïnspireerd heeft. Hij is duidelijk nog niet klaar met me. ‘Zo, nu ga ik je iets zeggen. Ga maar even recht zitten, want ik denk niet dat je dit kunt waarderen, meneer!’

Ga ik toch nog het advies krijgen waar ik níét op zit te wachten?

‘Luister goed naar wat ik zeg!’, opnieuw gebiedende wijs. ‘Harry slaapt een jaartje wat minder, o, o, o, wat is hij zielig. Je krijgt jezelf even niet meer op de rit, mensen wat een ramp! Heb je niet in de gaten dat er in deze wereld veel ergere dingen aan de hand zijn? Ik werk met verslaafde mensen die bezig zijn met het laatste stukje van hun leven. Moet ik je wat van die verhalen vertellen? Met hen heb ik medelijden. Maar jij, jij moet je niet zo aanstellen. Je maakt er zelf een veel te groot ding van!’

Hoe kan het nou dat ik ergens het idee krijg dat dit helpt?

Als je eerst luistert en contact maakt, mag je óók spreken

‘En ik ben nog niet klaar’, wijsvinger prangend mijn kant op. ‘Er is nog iets wat ik je wil zeggen: Harry, de man die iedereen helpt, heeft zelf hulp nodig. Hoor je dat? Nu ben jíj eens patiënt. En ik heb een tip voor je: leg je er maar bij neer. Dit kan heel lang duren. Vooral als jij je ertegen blijft verzetten. Laat het maar los. Laat het gewoon zijn wat het nu is. Als je niet kunt slapen, ga lekker een filmpie kijken of doe iets anders wat je graag doet.’

En:

‘Ik ben er blij mee dat meneer Harry eindelijk met zijn voeten op de grond staat. Welkom op aarde, kerel. Welkom!’

We kijken elkaar lachend aan. Ik enigszins beschaamd. Hij zoekend naar nog meer woorden. Ze zijn niet nodig. Dat voelt hij zelf ook wel aan. Geen wonder dat deze man met zijn streetwise manier van doen bij het Leger des Heils bevorderd is van ‘nachtwaker’ tot ‘sociaalpedagogisch medewerker’. De diploma’s heeft hij niet, lezen kan hij ook niet en zijn eigen functie uitspreken is iets wat hij liever vermijdt. Maar aanvoelen kan hij als geen ander en de functie van vriend vervult hij met verve!

Peter, je kunt dit verhaal niet eens lezen. Daarom neem ik me voor om je iedere keer als ik je zie te laten voelen dat ik van je houd. Misschien zeg ik het er zelfs wel bij. We hebben het allemaal nodig dat te horen. Totdat we ons geliefd weten. Want dat helpt.

Bedankt, man!

Dit is het inleidende verhaal van een praktisch boek over hoe je gesprekken kunt gebruiken om een ander te helpen: ‘Basisboek luisteren & spreken, helpen voor professionals’.

Wil jij wekelijks een prikkel ontvangen om vanuit je hart te werken?

Ontvang blog-updates

Reageren op dit artikel?